Hoi, ik ben Christine. En ik heb dringend geld nodig. Dat zeg niet ik, hè, dat zeggen mijn Insta algoritme, YouTube algoritme, TikTok algoritme. Sinds de pandemie, heb ik volgens hen dringend geld nodig. Twee jaar geleden vonden ze nog dat ik dringend rimpelcrème nodig had, en babyluiers, ik heb niet eens een baby, maar goed, nu bombarderen ze me met reclames over ‘profit investment’ en filmpjes van SmartHacks, een jongen van een jaar of negentien, nog jeugdpuistjes op zn gezicht. In elk filmpje staat hij voor een andere sportauto me te vertellen hoe ik ‘5 k a day’ kan verdienen.
Weet je, bij bufferzone moest ik denken aan een persoon. Een zakenman. En dan niet mister SmartyHacks, nee, dit is de beste zakenman ter wereld. Deze persoon glipt zo handig overal tussendoor, alle regels en wetten, dat ja, ik denk dat je hem ‘bufferzone’ kan noemen. Hij noemt zichzelf Rozengeur en Maneschijn. Ik weet niet hoe hij echt heet.
Maar ik ontmoette hem twee jaar geleden op grootste markt van Europa. Stel je voor: je staat midden op die markt. Op het kruispunt. Je wordt niet aangereden. Wonder boven wonder, want dit is Turijn, stad van de auto’s, de Fiat. En hier hebben de auto’s maar één missie: alle fietsers en voetgangers platrijden.
Mijn vriendin Maria reed een keer een fietser aan. We zagen de fietser niet, ze lag voor onze bumper. We zagen alleen nog het fietswiel draaien. Ik rende de auto uit, paniekerig. Ooit had ik mond op mond beademing geleerd, maar wist ik nog wel hoe dat moest? Was ze zwaargewond, was ze dood? En iedereen begon te toeteren, vloeken, te schreeuwen, hoe durf je te stoppen, het is maar een fietser, ze beweegt toch nog? Soort van? doorrijden jij! Dat is het verkeer in Turijn. De fietser was in orde, trouwens. Alleen heel verbaasd dat ik uitstapte. Ze zei iets van ‘Kom op zeg.’
Maar jij bent onschendbaar. Je staat ‘boven de wetten van de markt’. Zo kan je alles overzien.
Dat kruispunt deelt de markt op in vier stukken:
Linksboven – hypermoderne foodhall. Hippe Turinezen eten er maritozzi met bladgoud, gemasseerd rund, omelet van twintig euro, dat soort onzin.
Rechtsboven - De biomarkt. Alles lokaal. Heel goed voor je ecologische voetafdruk. En je geweten. En er is de knappe eierman. Hij verkoopt eieren en popcornmais. Ik heb weleens gevraagd van, ‘Goh, eieren en mais, waarom die combinatie?’ Niet dat ik daar echt geïnteresseerd in was. Maar de eierman was ook niet geïnteresseerd in mij. Er stonden genoeg vrouwen rondom zijn kraam.
Goed, je staat nog steeds op het kruispunt.
Draai je nou eens om naar rechtsonder. Als je slim bent doe je daar je boodschappen. Drie kilo sinaasappels voor een euro, kilo tomaten voor vijftig cent. Je hoort er Arabisch, Piemontees, je hebt er de Chinese gemeenschap, die vrouwen doen ’s avonds tai chi onder de marktluifel, de Ethiopische gemeenschap, de Nigeriaanse. Op de grond zitten vrouwen dingen te verkopen. Niet alle kinderen hebben er schoenen. Ik las laatst dat sinds de Coronapandemie de ongelijkheid in Europa met 12% is toegenomen. 12%. Vond ik nogal abstract. Maar hier op de grootste markt van Europa heb je het recht voor je neus. Linksboven truffelhapjes die meer kosten dan een paar schoenen voor een kind rechtsonder.
En dan de laatste hoek. Linksonder. Daar komt alles samen. Je eet er gefrituurde vis, tajine, bagna cauda, overal drink je Piedmontese wijn. Daar is Baptiste. De grootste Juventusfan ooit. Die geeft iedereen belegde stokbroodjes. Behalve als je tegen Juventus bent, dan krijg je alleen popcorn. En daar zitten de studenten, hippe muzikanten, kunstenaars. En daar lopen ook de rozenverkopers.
Mannen uit Bangladesh, zonder verblijfsvergunning, met een polaroidcamera om hun nek en een bos rozen in hun hand. Ze gaan van tafel naar tafel. Iedereen vindt hen vervelend. Maar... dit is wel het stuk van de markt met van die coole artistieke types die binnenkort de hele buurt gaan gentrificeren. Iedereen praat heel veel over social justice equality & inclusion, en dan komt er zo’n rozenverkoper aan je tafel. En het is echt niet cool om te laten zien dat je de rozenverkopers vervelend vindt. Dus je hoort voortdurend, nee, o, heel aardig aangeboden, bedankt, maar ik heb nu geen roos nodig, nou dág! De rozenverkoper blijft staan. Hij kijkt naar de glazen op tafel, naar het bakje truffelpaté, de speltcrackers. Dan kan je toch wel één roos kopen? En hij heeft groot gelijk. Je voelt je een slecht mens. En toch koop je geen roos. Waarom eigenlijk niet?
‘Nou, een roos kopen lost het probleem natuurlijk niet op,’ zegt je date. Hij neemt een slok Barolo, begint uitgebreid uit te leggen waaróm, en je wou dat je toch een roos had gekocht, gewoon om hem de mond te snoeren. En er komt sowieso geen tweede date.
Een andere date koopt direct de roos. Hij zegt ‘het ga je goed, beste vriend’. Hij houdt een heel betoog over ‘goed doen voor de mensheid.’ Je krijgt van die enge flashbacks naar kinderbijbelles. Of je gedachten dwalen af naar de eierman. En ook met deze komt er geen tweede date.
Dat zijn de vier hoeken van de markt. En dan is er nog onze bufferzone: de rozenverkoper die boven de wetten van de markt staat. Hij noemt zichzelf ‘een Schot in de Roos’, of ‘Rozengeur en Maneschijn’. Als hij de straat oversteekt, stoppen alle auto’s. Hij zei tegen Baptiste ‘Juventus is een corrupte boel!’ en toch kocht Baptiste vier rozen. Hij liep naar een tafel studenten en zei ‘Jullie praten veel maar zeggen niks!’ en toen ze allemaal een roos hadden gekocht zei hij, ‘waarom eigenlijk geen twee?’
Ik bestudeerde zijn tactiek. Hij beledigt iedereen. Maakt grappen over alles. Maar wat hij ook zegt: het is altijd de waarheid die we liever niet horen. Beetje zoals mijn YouTube algoritme eigenlijk, maar dan charmant. Rozengeur grijnst. Er is altijd die stilte. Een moment van spanning. En als iemand lacht heeft Rozengeur en Maneschijn gewonnen. En hij wint. Altijd.
Hij verkocht een roos voor honderd euro.
Hij verkocht een roos aan een politicus van één van die antimigrantenpartijen, van die partijen die tegen mensen als Rozengeur zijn. Maar Rozengeur beledigde hem zó charmant, dat zelfs die kutpoliticus glimlachte. En knikte.
Bestaat vrije wil? Niet onder invloed van Rozengeur en Maneschijn. Hij is een betere zakenman dan SmartHacks, beter dan Andy CryptoLord, en al die TikTokkers die uitleggen hoe je snel rijk wordt.
Vrije wil is onzin.
Hij verkocht een roos aan Fausto. De economiestudent. Die altijd zo precies is.
En Fausto zei ‘Goh, jij zou Fiats moeten verkopen, dan kon je pas echt rijk worden.’
En iedereen was geïrriteerd, van ‘Fausto zeg niet altijd van die stomme dingen!’
Rozengeur en Maneschijn staat boven de markt. Hij heeft geen status. Dus volgens de wet mag hij geeneens auto’s verkopen.
Alleen Rozengeur en Maneschijn lachte, en hield zijn laatste bos rozen in de lucht als een soort veilingobject, de beste zakenman ter wereld. En toen begon het bieden.
Dit verhaal wordt je gratis aangeboden door papieren helden.
Wil je meer lezen? Word lid en hou dit mooie blad in de lucht.